Murakami over het korte verhaal
Ik lees verhalen van buitenlandse auteurs bij voorkeur in het Engels, onder andere omdat er zo wat afstand blijft tussen hun taal en de mijne. Wanneer ik zelf aan het schrijven ben kan een krachtig verhaal van een andere schrijver me hinderen. Een verhaal in een andere taal heeft minder effect op het concrete schrijfwerk, de bouw van de zinnen, de keuze van de woorden.
Ik kocht een Engelse uitgave van de verhalenbundel van Haruki Murakami, Blind Willow, Sleeping Woman, en trof daarin een interessant voorwoord van de auteur. Murakami vertelt over de ontstaansgeschiedenis van diverse juweeltjes, en maakt behartenswaardige opmerkingen over het schrijven van korte verhalen. Jammer dat het voorwoord ontbreekt in de Nederlandse vertaling van de bundel. Een rechtenkwestie?
Murakami vergelijkt het schrijven van een roman met het planten van een bos, en het schrijven van korte verhalen met het aanleggen van een tuin. Hij noemt het twee processen die elkaar aanvullen, en samen een compleet landschap vormen.
Maar Murakami kan niet tegelijkertijd werken aan een roman en een verhaal. “Het zou wel eens kunnen dat de twee literaire vormen (the two types of writing) verschillende delen van het brein aanspreken, het duurt even voor je uit het ene spoor bent en overgeschakeld naar het andere.’
In sommige gevallen was een kort verhaal de basis voor een roman, zoals Vuurvliegje, dat zich ontwikkelde tot de wereldhit Norwegian Wood. ‘Een kort verhaal dat ik lang geleden geschreven had kwam midden in de nacht mijn huis binnen banjeren, schudde me wakker en riep: Hé, dit is geen tijd om te slapen! Je mag mij niet vergeten, er valt nog meer te schrijven!.’
Het grote voordeel van het schrijven van korte verhalen is dat het niet zoveel tijd neemt. ‘Ik heb wel eens het gevoel dat het schrijven van een roman een eeuwigheid duurt, en ik vraag me soms af of ik het wel ga overleven.’ In het algemeen heeft Murakami ongeveer een week nodig om een verhaal in een redelijke vorm op papier te krijgen, al zegt hij er meteen bij dat er dan nog een eindeloos aantal herschrijvingen kan volgen.
‘Een andere aardigheid van korte verhalen is dat je een verhaal kan creëren op basis van de kleinste details – een idee dat in je opkomt, een woord, een beeld, wat dan ook.’ Murakami vergelijkt het met jazz-improvisatie, ‘waarbij het verhaal me meeneemt naar waar het wil.’
En niet te vergeten: je hoeft je geen zorgen te maken wanneer het mislukt. ‘Als het idee niet uitpakt zoals je had gehoopt, haal je de schouders op, en zegt tegen jezelf dat niet elk verhaal een winnaar kan zijn.’ Zelfs grootmeesters van het genre (Murakami noemt hier naast Tjechov zijn grote voorbeelden F. Scott Fitzgerald en Raymond Carver) schieten niet met elk verhaal raak. Een troostende gedachte, zegt Murakami.