Nov 19 2009

Schrijvers worden gemaakt

witch_magic
Kan je leren om literatuur te schrijven? Of word je als schrijver geboren?

Leuke vragen om te bespreken met een deskundig publiek (in dit geval het Schrijvers Platform Arnhem). Mijn inleiding bestond uit twee delen. In deel 1 werd de vraag ‘kan je leren schrijven’ beantwoord met een volmondig JA. In deel twee met een driewerf NEEN. Zoals het vaak gaat: na de lezing, na de discussie en vooral na de slotronde in een plaatselijk café wist ik precies wat er eigenlijk gezegd had moeten worden op die lezing. Dit is deel 1, zie voor deel 2 een volgende post.

Kan je leren om literatuur te schrijven die uitgevenswaardig is, voor een breed publiek interessant?
Die vraag wil ik om te beginnen beantwoorden met een volmondig JA. Schrijvers worden gemaakt, daar is geen alchemie voor nodig. Vlijt en ijver volstaan.

Continue reading


Nov 3 2009

Murakami in de Zen-tuin

ryoanjizentuin
Haruki Murakami is zo’ n schrijver die je aan elkaar doorgeeft: hier, moet je lezen. Een van zijn boeken zou ik wel aan iedereen willen doorgeven: South of the Border, West of the Sun. In het Nederlands heet het Ten zuiden van de grens.

Het is een van de rustigste boeken van deze Japanse schrijver, die ook verhalen heeft gemaakt vol bizarre wendingen en moeilijk te duiden symbolen (De opwindvogelkronieken!). Vergeleken daarmee is Ten zuiden van de grens kalmpjes geschreven.

De plot van het verhaal is niet spectaculair, het boek is zelfs bijna plotloos. De hoofdpersoon heeft een jeugdliefde, een gehandicapt meisje dat verhuist en buiten zijn gezichtsveld raakt. Ze duikt later weer op, maar het ziet er niet naar uit dat ze haar vriendje van weleer nog toe zal laten in haar leven.
Het boek is gevuld met alledaagse beslommeringen, belangrijke keuzes die geen keuzes blijken omdat de alternatieven ontbreken, de tijd gaat voorbij en de hoofdpersoon constateert regelmatig dat hij eigenlijk een gelukkig leven leidt met vrouw en kinderen – zonder zijn grote liefde.

We krijgen het verhaal voorgeschoteld van een vlak leven. ‘En toch lezen we door’, zei een bevriende Murakami-lezer. Precies, zo is het. Let eens op de verfijnde technieken die Murakami hanteert om je aan het lezen te houden in een verhaal dat zo langzaam op gang komt. Kleine beloften die in de tekst verstopt liggen. Passages die ontroeren. Niet omdat er spectaculaire dingen gebeuren, geen geweld, geen suspense, maar alleen omdat hier iemand de waarheid laat zien over zijn eigen leven.

Murakami vertelt zijn verhaal droog, vlak. Gaandeweg begin je te merken, dat hij technieken toepast om het geheel nog vlakker te maken. Technieken die in elk handboek Creatief Schrijven staan vermeld als fouten die je moet vermijden.
Show, don’ t tell, weet je nog? Kauw de lezer niet alles voor, laat hem zelf ontdekken wat er aan de hand is. Murakami lijkt je die kans niet te geven, hij vertelt en vertelt, een rustige causeur die je een vertrouwde wereld binnenleidt.
Herhaling, ook zo’n verboden techniek. Murakami beschrijft hoe de hoofdpersoon op de lagere school een meisje ontmoet met een misvormd been. De twee kinderen raken innig bevriend. Uitvoerig wordt beschreven hoe moeizaam de kleine Shimamoto loopt. Honderd pagina’s verder komen de twee elkaar weer tegen. “Om te beginnen heb ik een lam been, “ zegt zij, alsof we dat niet al wisten, “daarom kan ik niet dezelfde dingen die gewone mensen kunnen.”
“Vertel me eens over je leven,” zegt Shimamoto even later tegen de hoofdpersoon. En dat doet hij dus: “Ik vertelde haar hoe mijn leven in grote lijnen was verlopen.” Volgt een alinea samenvatting van alles wat we tot dan toe gelezen hebben.

De herhaling en het uitleggen van zaken die we al begrepen hadden bezorgen de lezer een veilig gevoel. We zijn hier eerder geweest, we gaan nu kalmpjes een paar stappen verder. Je raakt vertrouwd met dit vreemde leven, het gaat over een ander mens, maar groot is de afstand niet. Je kunt je voorstellen dat het jou allemaal zelf overkomt. Dat geeft extra slagkracht aan de sleutelpassages verderop in het boek: je staat er helemaal voor open.

John Updike noemde Murakami in een mooi essay ‘a tender painter of negative spaces’. Een tedere schilder van de leegte, de mist, the void. Dat essay gaat over het boek Kafka on the shore (Kafka op het strand), waarin Murakami alles uit kast trekt om de leegte tastbaar te maken. Een van de hoofdpersonen is door een blikseminslag al zijn herinneringen en de meeste hersenfuncties kwijtgeraakt ( a ‘mind wiped clean’), de andere hoofdpersoon rent aan het einde van het verhaal de jungle in op zoek naar the void in zichzelf.

Ik vind dat Murakami die leegte nog beter getroffen heeft in Ten zuiden van de grens, juist omdat hij er geen woorden aan verspilt. Een leven tot de rand toe gevuld met routinematige handelingen, dat is pas leeg.
zentuin
Murakami gebruikt het vlakke, bijna emotieloze leven van de hoofdpersoon in Ten zuiden van de grens als achtergrond om des te beter te laten uitkomen wat hij jou wil laten zien. Hij leidt je de Zen-tuin binnen. Kijk naar de harksporen in het zand. Onze ogen zoeken de structuur, de golven, de lijnen. Je zou bijna vergeten dat het maar om een paar millimeter gaat, om minieme verschuivingen. Stel je scherp op de rotsen, dan vervaagt de structuur in het zand. Tegen de neutrale achtergrond komen de vorm en de schoonheid van de rotspunten pas goed tot hun recht.

Reageren? Stuur een mailtje naar sanderkooistra@gmail.com

Joost de Vries schreef voor De Groene een mooi artikel over het lezen van Murakami.


Jun 10 2009

De schaduw van het perspectief

alexey-titarenko
De schaduw van de wind, door Carlos Ruiz Zafón. Introductie niet nodig.Tien miljoen exemplaren verkocht, waarvan 600.000 alleen in Nederland.
Ik begin te lezen, en stuit halverwege de tweede pagina op de volgende passage:

“Als kind leerde ik in slaap te vallen terwijl ik in de duisternis van mijn slaapkamer de gebeurtenissen van de dag aan mijn moeder vertelde, mijn wederwaardigheden op school, wat ik die dag geleerd had…ik kon haar stem niet horen noch haar aanraking voelen, maar haar licht en warmte brandden in elke hoek van het huis en ik geloofde, met de onschuld van hen die hun leeftijd nog op tien vingers kunnen tellen, dat als ik mijn ogen sloot en praatte, ze mij zou kunnen horen, waar ze ook was. Soms luisterde mijn vader naar me vanuit de eetkamer en huilde stilletjes.”

Even denk ik dat ik me vergist heb. Ik lees die laatste zin nog een keer. En dan de hele alinea. Ik heb me niet vergist. Zafón verandert, in een passage die overduidelijk bedoeld is om emotie op te wekken bij de lezer, van vertelperspectief. De ik die het verhaal vertelt, zoon Daniel, wordt ingewisseld voor een alwetende verteller die boven de scène hangt, en iets waarneemt wat het jongetje niet gezien kan hebben. Meteen daarop schakelen we terug naar het oorspronkelijke perspectief: ‘ik herinner me dat ik die ochtend….’

Wie een bestseller van deze proporties schrijft heeft altijd gelijk. Maar het kost nu moeite om verder te lezen, want ik voel me op glad ijs.

Continue reading


Apr 9 2009

De lezer in eigen persoon

exploded_view_lucyandbart

Kunnen wij begrijpen wat er in een ander mens omgaat? Als schrijver hoor ik te zeggen: ja, dat kunnen we. Het zou de bodem onder ons project uithalen, wanneer ik dat ontkende, toch? Wij begrijpen een aantal fundamentele karaktertrekken van onze personages, anders kunnen we ze niet tot leven brengen. Lezers herkennen zich in die personages, worden er verliefd op (Jane Eyre! ), krijgen er een pesthekel aan, strijden er tegen. Je biedt de lezer inzicht in wat een ander beweegt, relativeringsvermogen, misschien ook een dieper begrip van andere mensen.

Ik heb een versie van mijn boek laten lezen aan twintig mensen, en sindsdien twijfel ik aan alles wat hierboven staat. Er is geen peil te trekken op hun reacties. Vuurpijlen alle kanten op. Hebben ze wel allemaal hetzelfde manuscript gelezen? Of verwarren ze mijn verhaal met een ander boek dat ze net aan het lezen waren?

Continue reading


Mar 31 2009

Structuur

structuur_in_touch
Ik was al weken ver in een verhaal dat steeds wildere vormen begon aan te nemen, vol energie en daadkracht over alle randen klotste, bevolkt raakte met personages die vreemden voor me bleven terwijl ik ze toch zelf in het leven had geroepen. Van de ene dag op de andere kon ik niet verder. Teveel losse eindjes. Teveel mogelijkheden. Twee, drie boeken in 1 verhaal geperst.

Decision time. Besluiten nemen over de opbouw van het verhaal. De stroomversnelling, waarop ik me zo heerlijk had laten meedrijven, moest ingedamd. Spontane invallen getemd, gedresseerd, en in overzichtelijke weitjes te grazen gezet.

Continue reading